Een juiste tegelverlijming
Welke lijmtechniek?
Voorspanen
Het aanbrengen van een schraplaag
Om het contactvlak te verbeteren, moet je de ondergrond eerst voorspanen. Hierbij wordt met behulp van lijm en met de vlakke kant van de lijmkam of spaan een egale schraplaag op de ondergrond aangebracht.
Het aanbrengen van lijmrillen
Vervolgens gebruik je het gekartelde deel van de lijmkam om de ondergrond klaar te maken voor de montage van de tegel.
Enkelzijdige verlijming (floating)
In basis is voor tegels kleiner dan 30x30 cm enkelzijdige verlijming voldoende. Bij deze vorm van verlijming wordt de lijm met een getande lijmkam aangebracht op de ondergrond. Vervolgens worden de tegels hier direct op geplaatst.
Dubbelzijdige verlijming (buttering en floating)
Voor tegels groter dan 30x30 cm en voor tegels die zwaar belast worden, adviseren wij een dubbelzijdige verlijming. En ook voor tegels die aan hoge temperaturen en/of een hoge vochtbelasting worden blootgesteld, is dubbelzijdige verlijming aanbevolen. Ditzelfde geldt bij engobe vervuiling aan de rugzijde van de (keramische) tegel en voor tegels met een hoog oppervlaktereliëf aan de lijmkant.
Contactoppervlak
Bij dubbelzijdige verlijming word de lijm zowel op de ondergrond als op de rugzijde van de tegel aangebracht, direct voordat de tegel geplaatst wordt. Alleen zo kan namelijk een noodzakelijk contactoppervlak van ten minste 95% worden behaald. Om te garanderen dat er geen lucht wordt ingesloten, moet de lijm in dezelfde richting aangebracht worden op de tegel als op de ondergrond.
Een poeder of pastalijm?
Niet poreuze tegel
De porositeit van een tegel kan getest worden door er een druppel op te laten vallen. Bij een niet poreuze tegel blijft de druppel op het oppervlak van de tegel liggen en niet in de tegel trekken.
Poederlijm
Bij een niet zuigende tegel (een niet poreuze tegel) gebruik je een poederlijm. In een pastalijm zit veel vocht, met een niet poreuze tegel kan de lijm zijn vocht niet goed kwijt, waardoor hij niet op de juiste manier kan drogen.
Poreuze tegel
De porositeit van een tegel kan getest worden door er een druppel op te laten vallen. Bij een poreuze tegel trekt de druppel in het oppervlak van de tegel.
Pastalijm
Bij een zuigende tegel (een poreuze tegel) gebruik je bij voorkeur een pastalijm. Als je poederlijm toepast op een zuigende tegel kan de lijm verbranden omdat de poederlijm een snel drogende lijm is en de tegel snel vocht onttrekt.
Welk formaat tegel?
Pastalijmen*
Lijmsoort | Formaat tegel |
---|---|
Ardabond Project |
Tot 15 x 15 cm |
Ardabond Power | Tot 20 x 25 cm |
Ardabond Maxi | Vanaf +/- 30 x 60 cm |
* Voor tegels met een zuigende scherf
Poederlijmen*
Lijmsoort | Formaat tegel |
---|---|
Ardafix Flex | Tot 30 x 30 cm |
Ardaflex XXL | Tot +/- 80 x 80 cm |
Ardaflex Premium S2 | Vanaf 80 x 80 cm |
* Voor tegels met een niet zuigende scherf
Het schotelen van een dekvloer & de verlijming
Schotelen van de dekvloer
Wat betekent schotelen?
De vervorming van een dekvloer door vocht wordt het schotelen van een dekvloer genoemd. Door vocht komt de dekvloer aan de buitenzijde omhoog. Als de dekvloer weer droog is trekt hij weer recht. Tussen dag 1 en dag 7 schotelt een dekvloer nog niet veel, ook schotelt een dekvloer weinig na dag 28.
Invloed van het schotelen van de dekvloer op de tegelverlijming
Tussen dag 7 en dag 28 schotelt een dekvloer, waardoor tussen dag 7 en 28 een hoog vervormbare lijm nodig is om het schotelen op te vangen. Om in te kunnen schatten of een ondergrond voldoende droog is, moet het restvochtgehalte worden bepaald. Het is dus belangrijk om een goede planning te maken voor de plaatsing van de tegels.